Overdracht Romeinse armband aan het Huis van Hilde
Cultuur CastricumDinsdagmiddag 17 juli vond in het Huis van Hilde de overdracht plaats van de bronzen Romeinse armband, welke drie jaar geleden gevonden is tijdens archeologisch onderzoek in Zuiderloo. In september 2015 hebben kinderen uit groep 7 en 8 van alle basisscholen in Heiloo samen met vrijwilligers van de Stichting Baduhenna en archeologe Silke Lange de grond achter de bowlingbaan aan de Kennemerstraatweg nauwkeurig onderzocht met schep en troffel. Sporen en vondsten uit de Romeinse tijd en vroege Middeleeuwen kwamen toen aan het licht.
Lisa, Stan en Jaap, toenmalige leerlingen van de Paulusschool in Heiloo ontdekten op de eerste dag een stukje metaal. Een tweede stuk kwam op de laatste dag van het onderzoek naar boven. De twee fragmenten van brons bleken afkomstig van een armband uit de Romeinse tijd (circa tweede eeuw na Christus). De vondsten zijn vervolgens schoongemaakt en er is verder onderzoek naar verricht. Het sieraad is elders gemaakt en was een kostbaar bezit voor de toenmalige eigenaar. Archeologe Silke Lange: "Het is een raadsel hoe deze armband in Heiloo terecht is gekomen. Misschien was het een cadeau of is het meegeven in het graf van een overledene."
Het bijzondere bronzen voorwerp werd dinsdag, in het bijzijn van Lisa, Stan en Jaap, door wethouder Fred Dellemijn overgedragen aan het hoofd van het archeologisch depot voor bodemvondsten, Martin Veen. De armband wordt voorlopig opgeslagen in het depot en zal na verder onderzoek over een paar maanden tentoongesteld worden in het Huis van Hilde zodat bezoekers de vondst uit Heiloo kunnen bewonderen.
Bij de bijeenkomst was ook Tristan aanwezig. Drie jaar geleden was hij leerling van de Radboudschool en deed ook mee aan de onderzoeken in Zuiderloo. Hij was niet betrokken bij de opgraving van de armband maar was uitgenodigd omdat hij een aanstormend talent op archeologisch gebied is. Hij is ook degene die er voor gezorgd heeft dat er voor kinderen in Heiloo activiteiten op archeologisch gebied mogelijk werden gemaakt.
Tekst: Yvonne van Stiphout
